Filosofische Praktijk Moors

Meer psychologische en geestelijke ondersteuning bij patiënten (2016)

Door: Marleen Moors en Esther Castermans, VieCuri Medisch Centrum Noord-Limburg, juni 2016                    

Op 16 juni jongstleden publiceerde NOS een bericht dat de coalitie meer aandacht wil voor psychische problemen bij ernstige ziekte. Het uitgangspunt is dat patiënten met ernstige ziektes tijdens hun behandeling meer psychologische ondersteuning moeten krijgen (1).

Regeringspartijen PvdA en VVD willen dat artsen hun patiënten beter wijzen op de psychosociale gevolgen van hun ziekte en de behandeling. De coalitie roept minister Schippers van Volksgezondheid dan ook op om daarover met zorgverleners richtlijnen op te stellen (1).

Nieuwe richtlijn

Recent bracht de Nederlandse Vereniging voor Psychosociale Oncologie de nieuwe richtlijn ‘Aanpassingsstoornis bij patiënten met kanker’ onder de aandacht. In de richtlijnen worden er handvatten gegeven aan doorverwijzers over hoe en wanneer de gezondheidszorgpsycholoog en psychiater ingeroepen kunnen worden bij ernstig zieke patiënten (2). Belangrijk hierbij is een goede screening voor eventuele problemen op dat gebied, iets waar we binnen VieCuri met gebruik van de Lastmeter gehoor aan geven. Door het tijdig inzetten van psychosociale zorgverlening kunnen waarschijnlijk ook medische kosten bespaard worden doordat er achteraf minder problemen zijn (2).

Meer aandacht voor geestelijke begeleiding

Agora, centrum voor beleidsondersteuning in de palliatieve zorg, geeft op haar website aan dat het in de palliatieve zorg ook heel belangrijk is om tijdig te beginnen met het voeren van gesprekken (3). Als een patiënt ongeneeslijk ziek is (dit noem je de palliatieve fase) is het belangrijk dat er goed en tijdig met de patiënt wordt gepraat. De World Health Organisation (WHO) onderschrijft dit belang. Dit gesprek gebeurt meestal door de behandelend arts.
In de WHO definitie van de palliatieve benadering worden vier dimensies genoemd: lichamelijk, psychisch, sociaal en spiritueel. Nu pleit Agora voor extra aandacht voor existentiële problematiek en geestelijke begeleiding, oftewel de spirituele dimensie van palliatieve zorg, naast de psychosociale dimensie.  De spirituele dimensie van palliatieve zorg heeft betrekking op levensvragen, zoals: wat is de zin van mijn bestaan? Waarom overkomt deze ziekte mij? En: wat is de betekenis van mijn ziekte voor mij en mijn omgeving? Mensen die levensbedreigend ziek zijn, hebben ook behoefte aan meer ondersteuning in de vorm van geestelijke begeleiding, onder andere op het morele en ethische vlak. Vooral nu er steeds meer nadruk komt te liggen op autonomie en onderwerpen als euthanasie en palliatieve sedatie in de palliatieve fase (3). Ethische en morele vragen zijn bijvoorbeeld: is het oké als ik euthanasie wil en mijn familie niet? Of: gaat mijn wens om euthanasie samen met mijn geloofsovertuiging?

Kwaliteit van leven

Laten we toejuichen dat minister Schippers in de toekomst vroege signalering en verwijzing van geestelijke begeleiding in de thuissituatie ook zal financieren en maatwerk mogelijk zal maken voor patiënt en naasten. Een integratie van psychologische en geestelijke begeleiding dragen volgens ons bij aan een verbetering van de kwaliteit van leven voor de patiënt.

Bronnen

1. http://nos.nl/artikel/2111399-coalitie-wil-meer-aandacht-voor-psychische-problemen-bij-ernstige-ziekte.html

2. GGZ Richtlijn Aanpassingsstoornis bij Kanker: http://www.ggzrichtlijnen.nl/uploaded/docs/AF1452%20Richtlijn%20Aanpassingsstoornis%20bij%20patienten%20met%20kanker.pdf

3. http://www.agora.nl/Nieuws/Nieuwsbank/meer-oog-voor-psychosociale-gevolgen